Wijziging Arbowetgeving per 1 juli 2017

mr. R.P.M. Duijndam

Op 24 januari 2017 heeft de Eerste Kamer ingestemd met het wetsvoorstel voor de gewijzigde Arbeidsomstandighedenwet (ook wel: Arbowet). De wet gaat per 1 juli a.s. in. Wij lichten hier kort de achtergronden, wetssystematiek en wijzigingen toe.

 

Inleiding

De overheid wil werkgevers en werknemers stimuleren om gezond en veilig te werken. De gedachte is dat goede arbeidsomstandigheden ertoe leiden dat mensen in een prettige werkomgeving langer doorwerken. Dit helpt onder meer om de AOW betaalbaar te houden.

De overheid heeft als wetgever de wetgeving omtrent arbeidsomstandigheden ingedeeld in drie niveaus:Arbowet, Arbobesluit en Arboregeling.

De Arbowet is een kaderwet en vormt de basis voor de arbowetgeving. Hierin zijn de algemene bepalingen opgenomen. De concrete regels zijn uitgewerkt in het Arbobesluit en de Arboregeling.

In het Arbobesluit staan de verplichte regels voor werkgevers en werknemers om arbeidsrisico’s tegen te gaan.

De Arboregeling vormt een uitwerking van het Arbobesluit. Hierin is onder meer (verplichte) regels opgenomen aan welke eisen arbeisdmiddelen moeten voldoen of hoe een arbodienst zijn wettelijke taken moet uitvoeren.

Naast de Arbowet is er ook andere wetgeving die werknemers beschermt tegen bepaalde negatieve aspecten op het werk:

Arbeidstijdenwet – Deze wet beschermt werknemers tegen het maken van te lange werktijden en regelt het werken op zondag en bij nachtdiensten.

Wet arbeid en zorg – Regelt onder andere het recht op vakantiedagen en andere vormen van verlof.

Wet verbetering Poortwachter – Opgezet om langdurig ziekteverzuim van werknemers tegen te gaan.

Algemene Wet Gelijke Behandeling – Beschermt burgers (en dus ook werknemers) tegen ongeoorloofd onderscheid.

Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte – Deze wet heeft tot doel discriminatie vanwege handicap of chronische ziekte te bestrijden en de gelijke behandeling te bevorderen van mensen met een handicap of chronische ziekte op de belangrijkste terreinen van het maatschappelijk leven – waaronder ook arbeid.

Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen – Deze wet verbiedt het maken van onderscheid tussen mannen en vrouwen op het gebied van arbeid.

Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid – Deze wet verbiedt het maken van onderscheid op basis van leeftijd op het gebied van arbeid.

Tabakswet – Regelt het recht op een rookvrije werkplek.

Burgerlijk Wetboek – Hierin staat onder andere dat werkgevers verplicht zijn om goed werkgeverschap te tonen. Ook andere zaken, zoals het verbod op discriminatie is hierin nog apart geregeld.

Wetboek van Strafrecht – Extreme overtredingen kunnen ook via het Wetboek van Strafrecht behandeld worden: bij geweld, ongewenste intimiteiten of grove nalatigheid van een werkgever.


Wijziging arbowetgeving m.i.v. 1 juli 2017

De wijzigingen in de Arbowetgeving zijn ingegeven om werknemers en werkgevers te verzekeren van een goed functionerende bedfijfsgezondheidszorg. De overheid wil de aandacht voor preventie bevorderen en de samenwerking tussen de reguliere zorg en de bedrijfsgezondheidszorg verbeteren.

De wijzigingen van de Arbowetgeving betreffen onder meer de volgende:

  1. Een werknemer die twijfelt over het oordeel van een bedrijfsarts kan om een second opinion van een andere bedrijfsarts vragen.
  2. Een werknemer krijgt het wettelijk recht om de bedrijfsarts te spreken.
  3. In de wetswijziging zijn ook eisen gesteld aan de professionele dienstverlening van de arbodienst of bedrijfsarts. Zo moeten werknemers en werkgevers die niet tevreden zijn over de behandeling, gebruik kunnen maken van een onafhankelijke klachtenregeling.
  4. De arbodienst of bedrijfsarts krijgt ook meer ruimte om adequate bedrijfsgezondheidszorg te leveren door de werkplek te bezoeken, door in overleg te gaan met de medezeggenschap en door beroepsziekten te melden.
  5. Werkgevers worden verplicht om een contract af te sluiten met de arbodienst of bedrijfsarts waarin deze zaken zijn vastgelegd. Een werkgever kan zelf aanvullende afspraken maken met de bedrijfsarts of arbodienst over verdere ondersteuning in de bedrijfsgezondheidszorg.
  6. Als een werkgever geen contract met een bedrijfsarts of arbodienst heeft afgesloten, kan de Inspectie SZW handhavend optreden.
  7. Aanvullend op de mogelijkheid om overleg te hebben met de arbodienst of bedrijfsarts, krijgt de ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging instemmingsrecht bij de keuze voor de persoon van preventiemedewerker. Werknemers hebben hier direct belang bij, omdat de preventiemedewerker een centrale rol heeft bij het zorgen voor goede werkomstandigheden en het werken aan duurzame inzetbaarheid.

Het wetsvoorstel en de Memorie van Toelichting kunt u hier downloaden.

 

mr. R.P.M. Duijndam